(Frederiksoord 1877 - Halfweg 1939) Manden- en meubelmaker, theosoof, vrijdenker, socialist.
Voorzag in zijn onderhoud als mandenmaker en later met de fabricage van rieten meubels, maar zijn leven stond in dienst van zijn idealisme. Eerst ontwikkelde hij zich als theosoof, maar na 1906 interesseerde de vrijdenkerij hem meer. Vanaf 1913 verscheen onder zijn redactie De Vrijdenker, het maandblad van de Amsterdamse afdeling van de vrijdenkersvereniging De Dageraad. Zijn pseudoniem was dr. J. van Drenthe.
Onder zijn voorzitterschap groeide de Amsterdamse afdeling tot de grootste van Nederland. Aanvankelijk voelde hij zich op politiek terrein sociaal-democraat, maar de te behoudende lijn van de SDAP bracht hem in 1932 tot lidmaatschap van de links-socialistische Onafhankelijke Socialistische Partij (OSP). In 1933 werd hij zelfs in de Tweede Kamer gekozen.