(Kampen 1907 - Oosterhesselen 1944) Bestuurder.
Werd na een ambtelijke opleiding in 1937 burgemeester van Oosterhesselen. Hij kreeg daar onder meer als wethouder Johannes Post, de latere verzetsstrijder. Tijdens de bezetting bleek dat zijn gemeentesecretaris Douwe Weima uit hetzelfde hout was gesneden. Die verdween op Hemelvaartsdag 1943 met het Bevolkingsregister, om te voorkomen dat mensen voor werk voor de bezetter konden worden aangewezen. In een afscheidsbrief ontlastte hij zijn burgemeester, die op zijn post bleef om nog zoveel mogelijk voor zijn bevolking te kunnen doen.
De Kock genoot een groot vertrouwen bij de illegaliteit. Toen hij in september 1944 weigerde mensen voor besmet werk aan te wijzen en van plan was eindelijk onder te duiken, werd hij op 18 september door een Silbertannegroep uit huis gehaald en op straat doodgeschoten. In het dorp is een straat naar hem vernoemd.