Begrip

Pluimveehouderij

reageer

Uw reactie

Wij zijn altijd opzoek naar reacties om de kennisbank van Drenthe uit te breiden. Wanneer u een correctie wilt doorgeven of een lemma wilt aanleveren voor de Drentse encyclopedie dan kunt u onderstaand formulier gebruiken. Ontroerende anekdotes bij een lemma of anderszins bijzondere verhalen worden niet als zodanig opgenomen in de encyclopedie. Deze reacties zullen derhalve niet in behandeling worden genomen.

Houderijen van tam gevogelte, i.c. kippen.

Tot op het eind van de 19e eeuw beperkte het houden van pluimvee op de Drentse boerenbedrijven zich tot de enkele kippen die op het erf hun kostje bij elkaar scharrelden. De kip was in alle opzichten een erfdier. Een vroeg-19e-eeuws rapport sprak van een aantal van zo'n drie tot twaalf stuks per bedrijf. En nog in de tweede helft van de jaren 1880 werd de pluimveehouderij in hoofdzaak voor eigen gerief bedreven.

Met het verplaatsen van de boterbereiding van de boerderij naar de fabriek kon de vrijkomende (vrouwen-)arbeid worden ingezet ten behoeve van de pluimveehouderij, die zich in korte tijd tot een belangrijk en onlosmakelijk onderdeel van het kleine gemengde bedrijf op de zandgronden ontwikkelde. In de gemeente Roden bijv. nam het gemiddeld aantal kippen tussen 1910 en 1930 toe van 18 tot 53 per landbouwer/kippenhouder. In totaal telde men in Drenthe in 1910 278.000 leghennen; 45 jaar te voren - in 1865 - waren er dat nog maar 98.600. In 1930 was de kippenstapel bijna driemaal zo groot als in 1910, maar als gevolg van de crisisomstandigheden vond er vervolgens een inkrimping plaats.

Aan het begin van de jaren '60 hielden de ongeveer 13.000 Drentse boeren/pluimveehouders, tezamen ruim 767.000 leghennen aan. Met de grote veranderingen sindsdien ontstonden er naast de sterk gespecialiseerde melkveebedrijven en varkenshouderijbedrijven ook gespecialiseerde pluimveehouderijbedrijven. Naast de legsector kwam er een slachtkuikensector, naarmate kippenvlees aan populariteit won. Overigens kwam de gespecialiseerde pluimveehouderij in Drenthe minder tot ontwikkeling dan elders (met name in Gel-derland, Noord-Brabant en Noord-Limburg). In deze provincie specialiseerden veruit de meeste gemengde bedrijven zich na 1960 vooral tot melkveehouderijbedrijf.