Toplocatie

Van Gogh - Logement Hartsuiker

Boerenlogement in Hoogeveen

Op 11 september 1883 kwam Vincent van Gogh aan in Hoogeveen. Hij was van plan om van daaruit dieper de provincie in te trekken: met een schuit kon hij de Hoogeveense Vaart afvaren om zo de zuid-oostelijke hoek van Drenthe te verkennen. Hij had bovendien goede verhalen gehoord over de heide ten
noorden van Hoogeveen, dus die wilde hij ook zien.

Logement Hartsuiker
Vlak bij het station vond Van Gogh onderdak in een boerenlogement. Hier woonden Albertus Hartsuiker, diens echtgenote Catharina Beukema en hun drie kinderen. Catharina runde er een tapperij en Albertus was volgens Van Gogh werkzaam als ‘een echte sjouwer’ aan het spoor. Van Gogh beschreef het logement meermaals in zijn brieven: het had een grote gelagkamer, waar de gasten konden zitten, een tuin, een stal en een achterzolder. Hij keek door een raam(pje) uit op het spoor. Albertus Hartsuiker maakte het Van Gogh
gemakkelijk om vanuit het logement zijn reizen te ondernemen: als Van Gogh aanwezig was, betaalde hij één gulden per dag. Als hij erop uit trok, kon hij zijn koffer kosteloos op zolder stallen. Tot zijn spijt kon Van Gogh nog niet meteen aan zijn verkenning van het Drentse land beginnen. Hij moest eerst zijn verfvoorraad zien aan te vullen, want hij had maar weinig meegenomen.

Vertrek uit Hoogeveen
Ondanks de geschiktheid van het landschap en de vriendelijke familie Hartsuiker, sloeg tien dagen na Van Goghs aankomst in Hoogeveen de somberheid toe. Hij kreeg zijn bedenkingen over het logement, omdat hij meer licht en ruimte nodig had om naar model te kunnen werken. Op de zolder van het logement kon hij misschien een atelier inrichten, maar ook daar was het licht niet toereikend. Zijn verf- en
gereedschapsvoorraad bleef bovendien beperkt, waardoor hij minder tochten kon ondernemen dan hij zich had voorgenomen. Hij voelde zich gehaast. Het seizoen was al vergevorderd en hij wilde nog voor het begin van de winter dieper in de heide onderdak gevonden hebben. Gelukkig ontving hij geld van zijn vader en van zijn broer. Na een verblijf van drie weken in Hoogeveen kon Van Gogh aan zijn tocht beginnen en vertrok hij naar Nieuw-Amsterdam/Veenoord. Het logement van Hartsuiker hield hij voorlopig aan als postadres en voor de opslag van zijn koffer. Begin oktober schreef hij vanuit Nieuw-Amsterdam/Veenoord dat hij op 12 oktober weer even in Hoogeveen zou zijn. Hierna noemde Van Gogh het logement niet meer in zijn brieven. Mogelijk haalde hij er zijn spullen op toen hij begin december vanuit Hoogeveen naar Nuenen reisde.