Begrip
Alle rechten voorbehouden

molens

reageer

Uw reactie

Wij zijn altijd opzoek naar reacties om de kennisbank van Drenthe uit te breiden. Wanneer u een correctie wilt doorgeven of een lemma wilt aanleveren voor de Drentse encyclopedie dan kunt u onderstaand formulier gebruiken. Ontroerende anekdotes bij een lemma of anderszins bijzondere verhalen worden niet als zodanig opgenomen in de encyclopedie. Deze reacties zullen derhalve niet in behandeling worden genomen.

de Graaf

Werktuigen of inrichtingen gebruikt voor het verwerken van producten of het opmalen van water. Tot in de 13e eeuw had ieder huishouden in Drenthe wel een handmolen. Vanaf de 10e, begin 11e eeuw kwam ook de rosmolen op. In de 11e eeuw verbreidden zich de watermolens over Europa, in de 13e eeuw gevolgd door de windmolens.

In het dunbevolkte Drenthe kwam deze ontwikkeling wat later. De oudst bekende watermolen stond aan het Deurzer Diep. De fundamenten hiervan werden in 2002 blootgelegd (zie: Amen). In een verdrag van 1341 tussen de abdis van Assen en Reinoud van Coevorden is sprake van een watermolen aan het Loodiep. De laatste maal dat een functionerende watermolen genoemd werd, was in 1616, namelijk de molen van het klooster Dikninge in de Reest; daarna verdwijnt de watermolen, in ieder geval uit de documenten. Oorzaak was o.a. het afnemen van het watervolume in Drenthe.

De oudst bekende windmolen in Drenthe stond in Uffelte, genoemd in een uitspraak over een geschil betreffende te betalen maallonen in 1290. In 1429 bezat het Convent te Assen een windkorenmolen. De verbreiding ging echter langzaam. In 1600 telde Drenthe slechts 15 à 20 windmolens. Dit geringe bestand is bovendien vrijwel geheel toe te schrijven aan de initiatieven van de binnengedrongen wereldlijke en geestelijke heren. Voor persoonlijk gebruik hielden in Drenthe hand- en rosmolens naast de windmolens dan ook lang stand. In 1645 waren er, voorzover bekend, 50 windmolens. Het hoogtepunt voor wat betreft het aantal aanwezige molens lag in 1866, met 127.

De windmolens zijn onder te verdelen in verschillende typen, allereerst wat het gebruik betreft. De meeste Drentse molens zijn korenmolens, waar graan tot meel werd vermalen. Het aantal korenmolens in Drenthe is vooral na 1850 spectaculair toegenomen in verband met een fundamentele verandering in het Drentse landbouwbedrijf (zie: Etagebedrijf). Daarnaast zijn er oliemolens, waar zaad tot olie werd geslagen. Molens als 'De Wachter' in Zuidlaren en 'Woldzigt' in Roderwolde kunnen zowel graan malen als olie slaan. In run- of eekmolens werd eikenschors vermalen om te kunnen worden benut in leerlooierijen. Houtzaagmolens werden gebruikt om stammen te verzagen tot planken; deze waren met name te vinden in Meppel (zie: Houtzagerijen Meppel).

Poldermolens werden ingezet om het water in een polder op peil te houden. Voor dit doeleinde werden, maar dan veelal voor kleinere terreinen, bijv. veenputten, ook wel tjaskers gebruikt. De Drentse tjaskers zijn paaltjaskers: niet alleen de wieken, maar de hele molen kan in de windrichting worden gedraaid. In de provincie zijn er nog twee te vinden: in Zeijen en nabij Grolloo.

De meeste Drentse windmolens zijn bovenkruiers, molens waarvan alleen de kap in de wind hoeft worden gezet. Zij zijn onder te verdelen in stellingmolens, beltmolens en grondzeilers. De stellingmolen is een hoog opgebouwde molen, om verzekerd te zijn van een goede windvang. De - ronde of achtkantige - onderkant dient als opslagplaats. Halverwege de romp is een stelling geconstrueerd om de molen te kunnen bedienen. De beltmolen houdt het midden tussen een stellingmolen en een grondzeiler. Ze zijn gebouwd op een verhoging om gemakkelijk te kunnen worden bediend. De verhoging heeft aan voor- en achterzijde openingen, waardoor paard en wagen rechtstreeks in het ondergedeelte van de molen konden komen. De grondzeiler heeft wieken die rakelings langs de grond scheren. Deze molens konden alleen daar waar de wind vrij spel had, worden opgetrokken. Het onderhoud wordt vergemakkelijkt doordat wieken en staart vanaf de grond bereikbaar zijn.

Thans zijn er in Drenthe nog 36 windmolens aanwezig. De oudste is die in Dalen aan De Bente (1814). De jongste die aan de Hunzelaan 1a in Gasselternijveen, geheel nieuw opgetrokken in 1968/71. Wel werden maalstenen en andere onderdelen gebruikt van de in 1963 afgebroken molen van Gasselternijveen. Daarnaast werd in 1983 in het Veenpark te Barger-Compascuum een uit Duitsland afkomstige molen herbouwd. Recentelijk zijn op oudere onderbouwen van twee molens in Meppel, 'De Weert' en 'De Vlijt' nieuwe bovenbouwen, kappen en roeden geplaatst (zie de beschrijvingen van die molens).

Naast de hieronder beschreven molens zijn er nog een aantal molenrompen of onderbouwen aanwezig. Soms in vervallen staat, soms bewoond, soms als onderdeel van een bedrijfscomplex, dat zich uit de oorspronkelijke molenfunctie ontwikkeld heeft. Genoemd kunnen worden een vervallen molen in Pesse (buiten gebruik), een achtkante onderbouw in Westerbork (woning) en een achtkante onderbouw aan de Wolddijk in Ruinerwold (op het terrein van de zuivelfabriek). Bovendien zijn er nog restanten van rosmolens en een enkele gerestaureerde aanwezig, bijv. in de Karstenhoeve (museumboerderij) in Ruinerwold.

In Drenthe staan de volgende molens:

- Aalden: Korenmolen 'Jantina Helling', Molenwijk 13. Achtkante bovenkruier (beltmolen). Gemetselde onderbouw. Houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 20,65 m. Gebouwd in 1891 door Lucas Reinds te Beilen. De voorganger was gebouwd in 1835 en in 1836 ook als pelmolen ingericht door W. Helling. Deze molen is afgebrand als gevolg van blikseminslag. Bij een restauratie in 1952 door molen-maker Roemeling uit Eext zijn onderdelen van de poldermolen 'De Bolderij' uit Noordbroeksterhamrik (Gr.) verwerkt. In 1978 heeft de gemeente de molen aangekocht. De laatste restauratie is uitgevoerd in 1983.

- Barger-Compascuum (Veenpark): Korenmolen 'De Berk', Berkenrode 4. Achtkante bovenkruier met stelling. Gemetselde onderbouw, boven de stelling hout. Opbouw en kap met riet gedekt. Twee houten roeden met hekwerk, vlucht 21,50 m. De molen is afkomstig uit het Duitse plaatsje Dantum, Kreis Cloppenburg en daar na brand in een oudere molen in 1870 herbouwd. In 1952 buiten gebruik gesteld. In 1979 is de molen afgebroken en naar Nederland gebracht door H.E.A. Bökkers, een beroepsmolenaar in Overijssel. Het Veenmuseum heeft de molen gekocht en in 1983 laten herbouwen op de huidige plek door molenmaker Schakel & Schrale b.v. uit Exmorra. In Duitsland was de molen gedekt met blijk. Bij de herbouw is dit vervangen door riet. De naam De Berk is gekozen omdat in het veenlandschap de berk domineert.

- Dalen: 1. Korenmolen, De Bente 40. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, boven de stelling hout, daarboven houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht ca. 23 m. Gebouwd in 1814, nadat zijn voorganger in 1813 door de Fransen in brand was geschoten. In 1944 verloor de molen een roede, in 1957 de tweede; ook de stelling verdween. In 1976 is de molen gerestaureerd door molenmaker J.D. Medendorp uit Zuidlaren. 2. Koren- en pelmolen 'Jan Pol', Molenwijk 8. Achtkante bovenkruier met stelling; gemetselde onderbouw, achtkant en kap met riet gedekt, twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 21,10 m. De molen is gebouwd in 1876 door molenmaker Schgiller uit Dalfsen. In 1947 is de molen stilgezet en in 1958 ontdaan van de roeden en de stelling. In 1971/1972 is de molen gerestaureerd door molenmaker Huberts uit Coevorden.

- Emmer-Compascuum: Korenmolen 'Munstersche Veld', Hoofdkanaal Westzijde 109. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt, twee metalen roeden, vlucht 18,60 m. In 1907 gebouwd door J.H. Schulte uit Ter Apel voor J.R. Hooge. De molen is afkomstig uit Oude Pekela waar hij als poldermolen in gebruik was. Als hulpkracht is enige tijd een stoommachine gebruikt, later een ruwoliemotor van 22 pk en sinds 1941 een elektromotor van 25 pk. In 1936 werd één roede verwijderd, in 1947 ook de andere, in 1967 de stelling. In 1974/75 gerestaureerd door molenmaker Molema uit Scheemda. Nieuwe roeden, staart, as, stelling, geheel nieuw riet.

- Erica: Korenmolen 'Heidebloem', Verlengde Vaart Z.Z. tegenover 84. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt, twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 19,50 m. Gebouwd in 1897 door molenmaker Huberts uit Coevorden voor Strating. De molen verloor in 1943 een roede. In 1977/78 gerestaureerd door molenmakers Roemeling en Molema uit Scheemda.

- Gasselternijveen: Korenmolen 'De Juffer', Hunzelaan 1a. Ronde bovenkruier met stelling, gemetselde romp, houten kap met riet gedekt. Twee metalen roeden, vlucht 20 m. De molen is gebouwd in 1968/71: de onderbouw door aannemer G.J. Warmink uit Gasselternijveen, het maalwerktuig door molenmaker Medendorp uit Zuidlaren. Hierbij werden de stenen en andere onderdelen gebruikt van de in 1963 afgebroken molen van Gasselternijveen, die gebouwd was in 1841.

- Gieten: Pel- en korenmolen 'De Hazewind', Naweg 4. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 22 m. Gebouwd in 1833, jaartal in riet ingedekt. In 1936 buiten gebruik en zonder stelling. In 1949 hersteld door Roemeling en Hassing. Nieuwe stelling, staart en windpeluw. Opnieuw in gebruik in 1949. In 1964/65 wederom grondig hersteld.

- Gieterveen: Korenmolen 'De Eendracht', Broek 62. Ronde stellingmolen met achtkante onderbouw en ronde bovenbouw, houten kap met dakleer bekleed. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 19,25 m. Gebouwd in 1877. Bij een brand in 1904 brandde het achtkante bovenstuk af. Dit werd in ronde vorm door Chr. Bremer herbouwd. Vóór 1877 stond de molen in Nieuw-Buinen. In 1976 is de molen gerestaureerd en in 2007 wederom.

- De Groeve: Poldermolen 'De Boezemvriend', Hunzeweg 4. Achtkante bovenkruier (grondzeiler), gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met hout bekleed. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 19 m. Gebouwd in 1871 door molenmaker P. Medendorp. In 1990 gerestaureerd en dient nu als hulpbemaling voor de polder Zuidlaren. - Havelte: Korenmolen, Molenweg 23. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 19,50 m. Gebouwd in 1914 ter vervanging van een afgebrande molen uit 1874. In 1956/57 is de molen gerestaureerd, opnieuw in 1976: twee nieuwe roeden, nieuwe zolders, gedeeltelijk nieuwe stellingdelen, nieuwe inrijdeuren.

- Hoogeveen: Korenmolen 'De Zwaluw', Van Echtenstraat 47. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt. Gebouwd in 1834 op de onderbouw van een door brand verwoeste molen. Voor het laatst gerestaureerd in 1999.

- Klooster: Korenmolen 'De Arend', Krimweg 60. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, de houten achtkant en de kap zijn met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 20,50 m. De molen is gebouwd in 1894, misschien al in 1888 en later verplaatst naar de huidige plek. In 1977 grondig gerestaureerd door molenmaker J.D. Medendorp uit Zuidlaren.

- Makkum: Korenmolen, Makkum 38. Achtkante bovenkruier met gemetseld onderstuk, de houten achtkant en de kap zijn met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 19 m. De molen is gebouwd in 1906. Voor plaatsing in Makkum was de molen in gebruik als poldermolen in De Groeve, bij Zuidlaren. Tussen 1961 en 1964 gerestaureerd door molenmakers Doornbos en Schuitema.

- Meppel: 1. Korenmolen 'De Weert', Weerdstraat 78. Achtkante bovenkruier met stelling. Gemetselde onderbouw. Achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 22 m. De onderbouw stamt uit 1807. De bovenbouw is in 1937 afgebroken. Oorspronkelijk was het een schors- (run-) en korenmolen. In 1999 is op de onderbouw de molen 'De Schuilenburg' uit Hellendoorn geplaatst door molenbouwer Dijkstra uit Sloten. 2. Koren- en eekmolen 'De Vlijt', Sluisgracht 20. Achtkante bovenkruier met stelling. Gemetselde onderbouw. Achtkant en kap met hout gedekt, bovenbouw gepotdekseld, kap met schaliën. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 22 m. Voor 1965 stond op de onderbouw een ronde stenen bovenkruier met stelling, in gebruik als schors- en korenmolen. In 1965 is de ronde bovenbouw gesloopt. De huidige bovenbouw bevat (nog) geen maalwerk en is in 2001/2002 nieuw opgetrokken door molenbouwer Groot Roesink uit Voorst. Op de nieuwe molen is de baard van de oude molen aangebracht, bewaard en geschonken door de molenaar van de afgebroken molen. Op de baard de naam 'De Vlijt', het jaartal 1859, verder versierd met een eikel en eikenbladeren, verwijzend naar de functie van schors- of eekmolen.

- Noord-Sleen: Korenmolen 'Albertdina', Markeweg 30. Achtkante bovenkruier (grondzeiler). Gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 22 m. Gebouwd in 1906 door molenmaker H. Wiertsema uit Scheemda voor F. Westerling. Voordien korenmolen te Usquert, daar afgebroken in 1905 en in 1906 in Noord-Sleen herbouwd op de plaats van de afgebrande voorganger, de oliemolen 'Concordia' van 1904, afkomstig van Groningen. In 1953 vond volledige restauratie plaats door Chr. Bremer. Nieuwe lange en korte spruit en kap, zolders, zelfzwichting, windpeluw, halslager enz. In 1976 aangekocht door de gemeente.

- Norg: 1. Korenmolen 'De Hoop', Asserstraat 36. Achtkante bovenkruier met stelling. Onderbouw, achtkant en kap van hout met dakleer bekleed. Twee metalen roeden zonder hekwerk, vlucht 22 m. Gebouwd in 1857 als pelmolen. In 2000 voor het laatst gerestaureerd. 2. Korenmolen 'Noordenveld', Westeind 16. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt, twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 22 m. Gebouwd in 1878 door molenmaker J. Ritsema uit Zeyerveld. In 1946 zijn twee nieuwe gorterroeden aangebracht door molenmaker Dijk. In 1962/63 gerestaureerd door molenmaker Bremer te Adorp. Voor het laatst gerestaureerd in 1998.

- Nijeveen: Korenmolen 'De Sterrenberg', Burgemeester Weimalaan 1. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, boven de stelling hout, houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met zelfzwichting, vlucht 23 m. Opgebouwd in 1977 door bouwbedrijf Y. Schakel uit Exmorra, de onderbouw door de fa. Elpenhof te De Wijk. De molen heeft een windroos als krui-inrichting. Oorspronkelijk gebouwd in 1786 bij Weener aan de Leer in Oost-Friesland (Dld.). Op 11 augustus 1977 officieel in gebruik gesteld door Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Claus.

- Oldendiever: Korenmolen 'De Vlijt', Oldendiever 35. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, achtkant en kap met riet gedekt, twee metalen roeden met hekwerk, vlucht ca. 18,00 m. Gebouwd in 1882 door Ritzen, molenmaker te Diever. Stond stil sinds 1938. In 1940 sterk in verval, later zonder stelling. In 1955/56 hersteld door H.J. Huberts, molenmaker te Coevorden. Weer in bedrijf van 19 juni 1956 tot in 1965. In 1978 is de molen gerestaureerd.

- Oudemolen: Korenmolen 'De Zwaluw', Molensteeg 1. Achtkante bovenkruier (grondzeiler). Gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt. Een metalen binnenroede met zelfzwichting en een houten buitenroede met hekwerk, vlucht 20 m. Gebouwd in 1837 door molenmakers L. Reinds uit Beilen en B. Sluter uit De Groeve ter vervanging van een standerdmolen, die waarschijnlijk in de plaats was gekomen van een waterradmolen op de Drentsche Aa.

- Peize: Korenmolen 'Paiser Meul', Molenpad 1. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, hout boven de stelling, houten achtkant met riet gedekt en houten kap met dakleer bekleed. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 22,20 m. Gebouwd in 1893 door molenmaker Chr. Bremer. Voor 1890 oliemolen te Enumatil, daar gebouwd in 1845. Sinds 1967 eigendom van de gemeente Peize, nu Noordenveld. In 1936 gerestaureerd door en voorzien van stroomlijnwieken. In 1961 nieuwe stelling. In 1972/73 is de molen hersteld. De stelling werd vernieuwd en de roeden wederom vervangen. Het uitwendige van de romp was bekleed met hout en voorzien van een klassieke kroonlijst langs het boventafelment. Bij het 'herstel' is dit alles vervangen door riet.

- Roderwolde: Olie- en korenmolen 'Woldzicht', Hoofdstraat 58. Achtkante bovenkruier met stelling. Gemetselde onderbouw van vierkant op achtkant overgaand, houten achtkant en kap met riet bekleed. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 24 m. Aan weerszijden van de onderbouw bevindt zich een woonhuis. De molen is gebouwd in 1852. Gerestaureerd in 1959 door molenmaker B.K. Dijk uit Leek, in 1973/74 door dezelfde molenmaker nogmaals gerestaureerd.

- Rolde: Korenmolen, Grote Brink 24. Achtkante bovenkruier (grondzeiler op belt). Gemetselde onderbouw, houten achtkant met dakleer bekleed en met hout gedekte kap. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 20 m. Gebouwd in 1873 door molenmaker Hunse uit Assen voor Smit, als opvolger van koren- en pelmolen die omstreeks 1863 is afgebrand. De laatste restauratie is in 2000 uitgevoerd.

- Ruinen: Korenmolen 'De Zaandplatte', Engeland 9. Achtkante bovenkruier (beltmolen). Gemetselde veldmuren, houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 19 m. Gebouwd in 1964 door molenmaker Medendorp uit Zuidlaren. Voordien was dit de grondmolen van Echten aan de Hoogeveensche Vaart. Daar gebouwd in 1866 door molenmaker Zilverberg voor de familie Van Holthe tot Echten. In 1962 kocht de gemeente de molen aan.

- Schoonoord: Tramstraat 22. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt. Oorspronkelijk een oliemolen, in 1903 van Middelstum overgebracht naar Schoonoord. De molen is buiten gebruik; roeden en kap zijn gedemonteerd.

- Sleen: Korenmolen 'De Hoop', Drostenstraat 16. Achtkante bovenkruier met stelling. Gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht ca. 24 m. Voorheen molen van Nefkens te Amersfoort in 1914 op de huidige plaats opgebouwd door molenmaker Reinds uit Beilen voor H. Berends, op de plaats van een afgebrande bovenkruier zonder stelling uit 1850. In 1978 is de molen gerestaureerd door molenmaker J.D. Medendorp uit Zuidlaren.

- Veenoord: Korenmolen 'Nooitgedacht', Industrieweg 15. Achtkante bovenkruier met stelling. Gemetselde onderbouw met hout boven de stelling. Houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 23 m. Gebouwd in 1916 door molenmakers Van Ausselt en Huberts uit Coevorden op de plaats van twee afgebrande voorgangers. Deze molen heeft eerder gestaan in Hankate (Overijssel).

- Vledder: Korenmolen, De Bree 1. Achtkante bovenkruier met stelling. Onderbouw van hout en potdekselwerk, houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 11,20 m. De molen is gebouwd in 1968 door molenmaker J.D. Medendorp uit Zuidlaren. Hierbij heeft hij onderdelen gebruikt van twee Groninger molens: de watermolen op de polder 'Kooi' te Kantens en de watermolen te Vierverlaten aan het Hoendiep.

- Wachtum: Korenmolen 'De Hoop', Wachtum 78. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbopuw, achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 21,60 m. In 1894 gebouwd door molenmaker Ritsma uit Haulerwijk voor mulder G.J. Nijland. Voordien stond de molen als poldermolen op de polder 'Hoop op Beter' te Veendam. In 1940 is de molen stilgezet. In 1966/68 heeft molenmaker Huberts uit Coevorden de molen gerestaureerd. Hierbij zijn roeden, stelling, staart, ramen en deuren nieuw aangebracht. De muren werden gevoegd en gereinigd.

- Weerdinge: Korenmolen 'De Hondsrug', IJsspoorweg 33. Achtkante bovenkruier. Beltmolen, gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt, twee metalen roeden met hekwerk. De molen is in 1910 gebouwd door molenmaker Van Ausselt te Coevorden. Voordien was de molen in gebruik als poldermolen van de Flikkezijlsterpolder te Farmsum (Gr.). In 1945 verloor de molen één roede en werd stilgezet. In 1986/87 is de molen gerestaureerd in opdracht van de eigenaar, R. Hoving, door molenmaker Doornbos uit Adorp.

- De Wijk: Korenmolen 'De Wieker Meule', Dorpsstraat 65. Achtkante bovenkruier met stelling. Gemetselde onderbouw met hout boven de stelling, houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 20 m. Rond de onderbouw is een houten schuur met rieten dak opgetrokken. In de schuur zijn een Welkoop winkel en een VVVkantoor gevestigd. De molen is gebouwd in 1829; in 1978 gerestaureerd.

- Zuidbarge: Korenmolen 'Zeldenrust', Oranje-kanaal N.Z. 7. Achtkante bovenkruier met stelling, gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt, twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 21,50 m. De molen is gebouwd in 1857 en afkomstig uit Emmen, waar hij in gebruik was als oliemolen. In 1936 zijn de wieken gestroomlijnd. Sinds 1949 weinig meer in gebruik. In 1966 volledig gerestaureerd door molenmaker Bremer uit Adorp. Bij de storm in november 1973 was de as verschoven en stond één der roeden op de stelling. Hersteld in 1974.

- Zuidlaren: Koren- en oliemolen 'De Wachter', Havenstraat 36. Achtkante bovenkruier met stelling. Gemetselde onderbouw (vierkant) met hout boven de stelling. Houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met zelfzwichting, vlucht 22 m. Aan weerszijden van de onderbouw is een woning opgetrokken. Gebouwd in 1851 voor Van Bon, molenaar tot 1895, daarna Medendorp. Sinds 1898 stoommachine van 40 pk als hulpkracht. Restauratie had plaats in 1968-70 door Medendorp zelf; in 1978 nogmaals gerestaureerd. In een bijgebouwde bedrijfsruimte bevindt zich een grote compound-stoommachine uit 1885, die rond 1960 naar hier is overgebracht. Thans in gebruik als Molenmuseum De Wachter.

- Zuidwolde: Korenmolen 'Op hoop van zegen' (tot 1909 'De Vlijt'), Molenstraat 12. Achtkante bovenkruier (beltmolen). Gemetselde onderbouw, houten achtkant en kap met riet gedekt. Twee metalen roeden met hekwerk, vlucht 21 m. Gebouwd in 1878 in de plaats van een afgebrande standerdmolen uit 1731. De huidige molen stond eerst als poldermolen te Moordrecht, daar gebouwd in 1838. Molenbouwer C.H. Schiller uit Dalfsen. Gerestaureerd in 1960. 

Literatuur

  • Lit.: A. Bicker Caarten e.a., Molens in Drenthe (Zwolle/Meppel 1979).

Websites