Als beroep bedreven ontucht van vrouwen, later ook van mannen.
Prostitutie was verboden en had dus in het geheim plaats. Over het voorkomen ervan in Drenthe vóór 1850 is vrijwel niets bekend. Gedwongen door de aanwezigheid van een garnizoen in Assen moest de gemeente Assen in 1860 het toezicht op publieke vrouwen en 'openlijke huizen van ontucht' regelen. Motief was vooral de voorkoming van geslachtsziekten. Door toedoen van de Nederlandsche Vereeniging tegen de Prostitutie werd in 1911 een bordeelverbod van kracht, dat tot 2000 gehandhaafd zou blijven. Het in het Wetboek van Strafrecht vastgelegde verbod verhinderde overigens niet de aanwezigheid vooral in de grote steden van bordelen. In Drenthe zijn ook hier en daar op het platteland bordelen gevestigd in voormalige boerderijen.